Het brouwproces
HOE WORDT HET BIER GEMAAKT?
-------------------------------------------------
1. MOUT
Graankorrels kunnen niet direct van het land verwerkt worden in de brouwerij. Ze moeten eerst gemout worden in een mouterij. Dat proces kent vier stappen: reinigen, weken, kiemen en eesten (drogen). Voor smaakvariatie wordt mout gekaramelliseerd of geroosterd. Lichte moutsoorten worden gebruikt voor de blonde bieren en voor de donkere bieren worden extra donkere moutsoorten toegevoegd.
2. GESCHROTE MOUT
Aan het begin van de brouwdag wordt de mout geschroot. Schroten is het kneuzen van de moutkorrels zodat het zetmeel vrij komt, maar de kafjes (schilletjes) heel blijven. Dit kneuzen gebeurt in een schrootmolen met twee walsen waartussen de korrels worden geplet.
3. STORTEN VAN DE MOUT
Als het brouwwater in de brouwketel de goede temperatuur heeft bereikt, wordt de geschrote mout in de ketel gestort. Vervolgens wordt dit ‘beslag’ in stappen verwarmd. Tijdens dit proces wordt het zetmeel omgezet in verschillende soorten suikers. De verschillende temperaturen zijn nodig, omdat enzymen op verschillende temperaturen actief zijn. Deze enzymen zetten zetmeel om in vergistbare suikers. De vergistbare suikers worden door de gistcellen omgezet in alcohol en de onvergistbare suikers blijven achter als ‘zoetje’ in het bier.
4. FILTREREN VAN HET BESLAG
Het filtreren van het beslag gebeurt in de filterkuip. De kafjes van de moutkorrels vormen het filterbed. De wort (suikerhoudende vloeistof) in het beslag zakt door dit bed naar beneden en wordt opgevangen. Tegelijkertijd wordt het filterbed besproeid met fris brouwwater om alle overblijvende suikers uit te wassen. De hoeveelheid suiker in de wort is bepalend voor het alcohol-percentage van het uiteindelijke bier. Daarom controleert de brouwmeester de suikerconcentratie. De filtratie wordt gestopt als de gewenste suikerconcentratie is bereikt.
5. BIER IN WORDING
Alle vloeistof die door het filter is gezakt, wordt direct de kookketel ingepompt. Dan kan het koken plaatsvinden. Deze vloeistof heet ’wort’.
EDELE HOPSOORTEN
Er zijn verschillende hopsoorten, waarvan alleen de vrouwelijke hop wordt gebruikt. Iedere hopsoort heeft zijn eigen karakter. Door deze in verschillende verhoudingen toe te voegen kan de brouwmeester elk speciaalbier zijn kenmerkende geur en smaak geven. De gebruikte hopbloemen zijn samengeperst tot pallets, grote korrels, die makkelijk op te slaan en te doseren zijn.
6. TOEVOEGEN VAN DE HOPSOORTEN
De wort die naar de brouwketel is gepompt, wordt daar weer aan de kook gebracht. Tijdens het koken voegt de brouwmeester de verschillende hopsoorten toe. Bij het begin van het koken voor de bitterheid en aan het einde van het proces voor de geur.
7. KOKEN VAN DE WORT
Na toevoeging van de hop wordt het brouwsel aan de kook gebracht. Tijdens het koken komen bitterstoffen vrij die oplossen in het bier. Bovendien wordt door het verhitten het bier gesteriliseerd en vlokken de eiwitten uit die anders tot veel troebelheid zouden leiden.
8. BIER VAN HOGE GISTING
De vergisting vindt plaats bij kamertemperatuur. De verschillende giststammen geeft de bieren van Hoop hun kenmerkende smaak. Na het gisten vindt ook nog het lageren plaats. Dit is op ongeveer 0 graden Celsius en duurt 2 tot 3weken. Hier komen de juiste smaken vrij en verdwijnen bijsmaken die je niet wilt hebben. Het lageren is onder druk en vindt plaats in dezelfde tanks als het gisten. Daarom heten ze ook gist/lager tanks.